Uit de klas gegrepen
*2 jaar geleden kreeg ik op school voorlichting over verslaving. Hier heb ik veel aan gehad, omdat in die tijd mijn zus ook verslaafd was. Gek genoeg krijg je in zo'n situatie een grotere neiging om zelf ook drank of drugs te gaan gebruiken. Ook al zie je wat het allemaal kapot maakt. Er werd tijdens deze voorlichting verteld dat een verslaving bijna altijd komt omdat je verdriet hebt en dat het daarom juist zo gevaarlijk is. Ik denk dat ik mede doordat ik voorlichting heb gekregen over verslaving en wij daarbij ook gekeken hebben naar de gevolgen ervan, ik er uiteindelijk voor heb gekozen om het niet te doen.
*In de klas ontstaat er een discussie dat blowen niet erg is. Het is toch maar puur natuur en je hebt gewoon een leuke tijd. Op een gegeven moment zegt een jongen, die eerst een beetje stoer deed: Blowen kan echt erg zijn. Ik ben verslaafd geweest en ik moest er ook voor naar een kliniek. Elke keer nam ik mij voor om te minderen of te stoppen, maar mijn gebruik werd alleen maar erger.
*Tijdens voorlichting 2 waarbij de leerlingen hele persoonlijke vragen krijgen, kregen ze de vraag: Wie is er weleens somber of ziet het niet meer zitten? Uit de stemkastjes bleek dat 58 procent van de klas dat weleens was. Toen de voorlichter vroeg wie dat verwacht had, stak niemand zijn vinger op, waarom eigenlijk niet? Een jongen zei toen: omdat iedereen in onze klas altijd zo vrolijk is.
*Een meisje vertelt in de klas over haar broer die verslaafd is aan gamen. Ze wordt verdrietig en geeft aan dat ze hem bijna niet meer ziet, omdat hij alleen maar in zijn kamer blijft zitten, ruzie maakt met zijn ouders en niet meer naar haar omkijkt. Als ze met hem probeert te praten, zegt hij dat ze alleen maar loopt te zeuren en hem met rust moet laten. Ze heeft het er heel moeilijk mee en mist hem en is jaloers op haar vriendinnen die wel een „leuke” broer hebben.

|